Projecten

Elk jaar werken wij aan meer dan 300 projecten.

De toestand van de data-economie in België


Projectleider:

Eduardo Salvador

Digital expert

Contacteer Eduardo Salvador

“Door de Europese Data Markt studie, nationale ICT- en e-commerce-enquêtes, OESO-kaders en open-data-audits met elkaar te vergelijken, hebben we verbanden gelegd tussen organisaties, markten en beleid. Het beeld dat naar voren komt is genuanceerd: België presteert sterk op het gebied van datagebruik en AI-toepassing bij grotere bedrijven, maar loopt het risico achterop te raken op het gebied van glasvezel, vaardigheden en openbare statistieken – domeinen waar slim beleid snel verandering kan brengen.”

Dit rapport maakt op een pragmatische, brongebaseerde manier de balans op van de Belgische data-economie. Het brengt officiële statistieken en marktgegevens samen om te kwantificeren hoe Belgische organisaties gegevens verzamelen, opslaan en analyseren; hoe waarde wordt gecreëerd en verhandeld op de datamarkt; hoe gegevens het bbp en sectoren beïnvloeden; waar vaardigheden, cultuur en infrastructuur vooruitgang mogelijk maken of juist belemmeren; en hoe recente ontwikkelingen zoals generatieve AI de curve kunnen verschuiven. Het resultaat is een beknopt, vergelijkbaar beeld van België binnen het EU-landschap, geschreven voor beleidsmakers.

De uitdaging

Het meten van de “data-economie” is notoir moeilijk omdat de waarde van data afhankelijk is van context, recombinatie en hergebruik. België heeft ook te maken met gefragmenteerde indicatoren tussen instanties en studies. Onze uitdaging was om een coherent verhaal en een reeks meetcriteria te formuleren – die de organisatorische dataketen (van verwerving tot gebruik/monetarisering), de nationale datamarkt (aanbod, vraag en monetarisering), de macro-economische impact, arbeid en vaardigheden, datacultuur en openheid, en ondersteunende infrastructuur omvatten – en tegelijkertijd België consequent te benchmarken met andere EU-landen.

Aanpak en resultaten

We hebben het werk in zeven onderling verbonden delen georganiseerd en officiële bedrijfsenquêtes, nationale ICT-gegevens, EU-marktstudies en erkende beleidskaders met elkaar vergeleken om een coherent, vergelijkbaar beeld van de Belgische data-economie te krijgen. Op organisatorisch niveau hebben we de volledige dataketen in kaart gebracht – van acquisitie en voorbewerking tot opslag, analyse, gebruik en monetarisering – zodat we praktijken tussen sectoren en bedrijven van verschillende omvang konden vergelijken. Uit de analyse blijkt dat Belgische organisaties over het algemeen actief zijn in het opslaan en analyseren van data en uitgebreid gebruikmaken van clouddiensten. Er vallen twee sterke gebruikersprofielen op: regelmatige optimaliseerders die zich richten op interne efficiëntie en geavanceerde gebruikers die ook externe bronnen en nieuwere technologieën integreren. De motivatie om data op te slaan is voornamelijk operationeel en strategisch – planning, controle en prestaties – terwijl directe monetarisering secundair blijft. De acceptatie van AI neemt het snelst toe in taalintensieve en workflow-optimaliserende use cases, waarbij de acceptatie wordt bepaald door de omvang van het bedrijf en wordt getemperd door expertise-tekorten en verhoogde privacy-, juridische en ethische overwegingen.

Vervolgens hebben we de nationale datamarkt in kaart gebracht en geprofileerd door naar beide kanten van de vergelijking te kijken: leveranciers die datagerelateerde producten en diensten creëren, en gebruikers die op data vertrouwen om hun bedrijf te runnen en te verbeteren. De samenstelling van de Belgische markt neigt naar professionele diensten, naast sterke bijdragen van de financiële sector, de productiesector, de publieke sector en informatie en communicatie. Het te gelde maken van data komt naar voren als een groeiende, maar nog steeds relatief verborgen activiteit, nu organisaties zich verdiepen in licenties, aggregatie en gecureerde datasets. In vergelijking met toonaangevende Europese tegenhangers is het aanbod van leveranciers in België relatief kleiner, zelfs nu de vraag naar datagestuurde oplossingen in de hele economie toeneemt.

Om de marktdynamiek te vertalen naar economische betekenis, hebben we de macro-impact van data in verschillende sectoren geschat. De publieke sector, de financiële sector en de professionele dienstverlening nemen een groot deel van de gecreëerde waarde voor hun rekening, terwijl ook de productiesector en de transportsector een belangrijke bijdrage leveren. De gezondheidszorg blijft onder haar potentieel presteren. Een parallelle beoordeling van arbeid en vaardigheden wijst op een relatief laag aandeel van dataprofessionals in de beroepsbevolking en een afnemende intensiteit van dergelijke functies per gegevensgebruikend bedrijf – een uitschieter in de trend van de buurlanden. Hoewel de gemeten vaardigheidskloof recentelijk kleiner is geworden, was dit meer het gevolg van een pauze in de groei van de vraag dan van een toename van het aanbod, wat wijst op de noodzaak van gerichte capaciteitsopbouw.

Ten slotte hebben we de datacultuur en -infrastructuur beoordeeld. Open-data-audits wijzen op sterke prestaties op het gebied van economische statistieken, maar ook op aanzienlijke ruimte voor verbetering op sociaal gebied. Het delen van bedrijfsgegevens met derden buiten de overheid is nog steeds beperkt, en de publieke opinie weerspiegelt grote bezorgdheid over privacy en een vraag naar transparantie. De connectiviteit is gemengd: vaste netwerken met zeer hoge capaciteit zijn op grote schaal beschikbaar, maar de invoering van glasvezel tot aan de deur en 5G blijft achter bij de Europese koplopers. Er zijn nationale initiatieven – breedbandversnelling, gigabit-mapping – om deze hiaten te dichten. De resultaten bieden een duidelijk stappenplan: versterking van governance en interoperabiliteit (inclusief FAIR-praktijken), uitbreiding van open en hoogwaardige openbare data, upgrading van netwerken, verdieping van data- en AI-vaardigheden, en verantwoord datamonetarisering mogelijk maken – zodat Belgische organisaties wijdverbreide data-activiteiten kunnen omzetten in duurzaam concurrentievermogen en publieke waarde.



Het team voor dit project


Image

Eduardo Salvador

Digital expert

Image

Vincent Van Roy

AI-expert